Hout oliën is eigenlijk véél makkelijker dan schilderen. Op deze pagina vertellen we u daarom alle ins en outs van het werken met olie.
We kijken hieronder naar:
Wat is het verschil met verf, vernis en beits?
Beschermt olie tegen vergrijzen?
Hoe werkt het?
Welke oliesoort gebruik je?
Waar let je op?
Nog meer weten?
Onderaan de pagina laten we het werken in de praktijk zien in een korte video.
Als we hout in de olie zetten beschermen we het op een andere manier dan bij dan verf, vernis en beits het geval is. Om uit te leggen waarom je olie zou moeten gebruiken moeten we daarom eerst even kijken naar welke opties er zijn om hout te conserveren. Kort gezegd kun je een oppervlak op twee manieren beschermen.
1. “Inpakken in een plastic zak”?
De eerste manier is om het hout als het ware in te pakken in een plastic zak. Dat is wat je eigenlijk doet met verf, vernis, beits en dergelijke. Een keurige bescherming, zolang die plastic zak maar heel blijft. Als de zak scheurt dan kan het water dat door die scheur naar binnen kruipt rustig zijn gang gaan. Gevolg is dan dat het oppervlak verkleurd of zelfs gaat rotten. Wie weleens een houten bootje heeft gehad dat in de vernis stond weet daar alles van. Denk je dat je klaar bent, worden er tóch weer zwarte plekken zichtbaar en mag je wéér opnieuw beginnen!
Het onderhoud van die verf- of vernislaag is dus van cruciaal belang om de bescherming in tact te houden. En dát is precies waar het vaak mis gaat. Dát er ergens een scheur op zal treden weten we namelijk wel zeker. Enige dat we niet altijd weten is wáár de zak zal scheuren en op welk moment dat precies gaat gebeuren. Wie het dus goed wil doen begint alvast met een nieuwe laag vernis als de oude nog goed is.
Komt er toch een scheur in de verflaag dan kunnen regendruppels zoals gezegd in alle rust door die scheur in het materiaal dringen en daar hun ding doen. Schijnt vervolgens ook de zon nog eens lekker op het oppervlak dan ontstaat onder de verflaag een soort broeikasje. Daar telen schimmels welig in en wordt het verkleurings- of rottingsproces in versneld.
2. “Volproppen met olie”
De tweede manier om hout te schermen is om het niet in te pakken in een plastic zak maar om het vol te proppen met olie. Net zoveel olie aanbrengen tot er geen olie meer in past. Als er geen olie meer in past, dan past er ook geen water meer in. En dan is het materiaal dus keurig beschermd.
Verflagen liggen zoals gezegd óp het oppervlak en kun je dan ook eenvoudig beschadigen. Dat kan door werken van het materiaal, doordat iemand zijn fiets tegen je kozijnen zet, doordat je met je bootje tegen de steiger botst of doordat iemand een bord op je parketvloer laat vallen. Doordat een oliefilm niet óp maar juist ín het materiaal zit kun je die vrijwel niet beschadigen. Je kunt er namelijk gewoon niet bij. Ook het werken van het hout onder invloed van de seizoenen maakt de oliefilm niet kapot. Onze drogende oliesoorten vormen namelijk een soort post-elastiek als ze drogen. Daardoor rekt en krimpt de oliefilm gewoon met het materiaal mee zonder te scheuren of los te raken. Dat houdt de bescherming tegen water dus keurig in tact, óók als het hout werkt of gestoten wordt.
Beschermd olie tegen vergrijzen?
Hout dat binnen woont zal normaliter niet vergrijzen. Voor buitenwerk is dat anders omdat de zon de grote boosdoener is. De UV-stralen in het zonlicht branden namelijk alles kapot. Het zal duidelijk zijn dat de zon veel meer werk heeft om een dikke verflaag weg te branden dan de dunne toplaag van een oliefilm. De toplaag van een olie-afwerking is relatief dun zodat de zon die makkelijk af kan breken. Verreweg het grootste deel van de oliefilm zit echter onder het oppervlak en is dus niet door de zon te bereiken. Daardoor heeft een oliefilm juist een hele lange levensduur.
Als de zon de toplaag heeft weggebrand ontstaat er een kaal oppervlak. Dat oppervlak zal gaan vergrijzen als er verder niets aan gedaan wordt. De oliefilm zelf zit echter zoals gezegd nog steeds in het materiaal en beschermd daar dus gewoon nog jarenlang. Vind je vergrijzen mooi dan hoef je dus niets te doen. Vind je vergrijzen niet mooi en wil je juist de houtkleur behouden dan moet je die toplaag olie regelmatig even aanvullen. Dat doe je heel eenvoudig door een in olie gedrenkte lap over het oppervlak te halen. Je hoeft daarvoor geen oude lagen te verwijderen of het oppervlak te schuren. Alleen even een handveger erover om de spinnenwebben en vogelpoep te verwijderen en afnemen met een in olie gedrenkte doek. Bij olie moet je dus vaker onderhoud plegen dan wanneer je schildert maar het onderhoud is weinig werk en is snel gebeurt. Eventueel ongewenste vergrijzing kun je trouwens meestal makkelijk verwijderen met Oxaalzuur.
In het kort:
Verf en vernis beschermen van buitenaf, zijn veel werk om aan te brengen, zijn kwetsbaar en zijn veel werk om te onderhouden. Maar je hoeft dat onderhoud niet zo vaak uit te voeren.
Olie beschermd van binnenuit. De oliefilm is niet kapot te krijgen, het is weinig werk om aan te brengen en het is ook weinig werk om te onderhouden. Maar je moet dat onderhoud wel vaker uitvoeren.
Hoe werkt het?
Doel van een oliebescherming is om het oppervlak van een houten, stenen, kunststof, of kurk oppervlak te verzadigen met olie zodat er geen vuil en vocht meer in kan dringen.
Zwaar belaste toepassingen:
Oppervlakken die zwaar belast worden zoals hout dat buiten komt te wonen, keukentafels en vloeren behandel je als volgt:
- Eerste laag olie verdund met circa 30% Terpentijnolie aanbrengen.
- Tweede laag olie verdund met circa 10% Terpentijnolie aanbrengen.
- Volgende lagen olie onverdund aanbrengen tot het materiaal verzadigd is.
Het al dan niet verdunnen van de olie werkt eenvoudig als volgt: Hoe sterker wordt verdund, hoe dieper de olie in zal dringen, hoe dikker de uiteindelijke oliefilm in het hout zal zijn en dus hoe beter de uiteindelijke bescherming zal worden maar ook hoe meer lagen nodig zullen zijn om het hout volledig te verzadigen en dus ook hoe meer werk en materiaal daarvoor benodigd is.
Licht belaste toepassingen:
Voor hout dat niet zo zwaar belast wordt zoals bijvoorbeeld een boekenkast of nachtkastje hoef je de eerste lagen niet te verdunnen maar kun je direct onverdund aan de slag gaan. Je krijgt dan weliswaar een iets minder dikke oliefilm maar dat is voor deze toepassingen prima. Voordeel is daarentegen dat je minder werk en minder materiaal nodig hebt en dus sneller klaar bent.
Als u een glanzend, vernisachtig oppervlak wilt
Zowel voor binnen als buitengebruik kunt u hout ook een glanzend, vernisachtig oppervlak geven dat bovendien ook nog eens extra weerbestendig is. Dat gaat als volgt:
- Eerste lagen Vernisolie Grondlak aanbrengen tot het hout volledig verzadigd is.
- Verolgens afwerken met Vernisolie Deklak.
- De werkwijze om een glanzend oppervlak te krijgen staat beschreven op de pagina over blanke lak.
- Doordat met de Vernisolie echt een laag olie óp het hout kan worden aangebracht is de levensduur van de oliefilm langer dan bij de eerder genoemde “gewone” oliebehandeling. Door Levensduurverlenger aan de deklak toe te voegen wordt de levensduur nog verder verlengd. Voordelen van die deklak zijn een hogere glans, minder frequent onderhoud en minder kans dat het hout zwart wordt.
De algemene werkwijze voor alle lagen is als volgt:
- De olie dun aanbrengen met kwast of roller.
- Ongeveer een half uur in laten trekken. Plaatsen die in die tijd de olie makkelijk opnemen direct nogmaals behandelen en met name kopse kanten, knoesten, scheuren en dergelijke extra aandacht geven. Als het koud is mag de olie langer intrekken, als het warm is laat je de olie korter intrekken.
- Het oppervlak afnemen met schone, droge lappen zodat er géén olie óp het oppervlak achterblijft. Zorg er voor dat alle olie van het oppervlak verwijderd wordt voordat de olie een filmpje kan vormen.
- De lappen uitgespreid laten drogen om broei te voorkomen.
- Eventueel volgende lagen na een dag wachten aanbrengen en zoveel lagen aanbrengen tot het hout niets meer opneemt en dus verzadigd is.
Welke oliesoort gebruik je?
Welke olie je precies nodig hebt hangt van een aantal zaken af. We kunnen in deze tekst niet alle situaties vangen maar zullen proberen wat meer uitleg te geven. Heeft u na het lezen hiervan toch nog vragen neem dan gerust even contact met ons op zodat we u van advies op maat kunnen voorzien: we helpen u graag!
Er bestaan veel oliesoorten wat het verhaal zoals gezegd wat lastig maakt maar in zijn algemeenheid kunnen we stellen dat producten die Lijnolie bevatten prima zullen impregneren maar sterk zullen vergelen en bij buitengebruik op termijn zwart zullen worden. Alle producten die Lijnolie bevatten zijn om die reden minder geschikt voor lichtgekleurde houtsoorten en buitengebruik. Die producten zijn dus met name voor binnen en voor donkerdere houtsoorten geschikt. Ondanks dat worden ze wel vaak buiten toegepast maar dat heeft dan meestal te maken met het feit dat de verwerker ons nog niet heeft gevonden of de literprijs belangrijker dan kwaliteit vindt.
De oliesoort die het meest algemeen toepasbaar is (binnen, buiten, lichte houtsoorten, donkere houtsoorten et cetera) is de Verbeterde Houtolie. Die oliesoort is een puur olieproduct en bevat geen oplosmiddel. Daardoor werk je er zowel heel zuinig als milieuvriendelijk mee.
Buitentoepassing:
Als we voor oppervlakken die buiten komen te wonen de toplaag van de olie iets dikker zouden kunnen maken zou je iets minder vaak onderhoud hoeven te plegen. Daarvoor hebben we speciaal de Bankiraiolie, Verbeterde Danish Oil, Hardhoutolie en Teakolie ontwikkeld. Allemaal oliesoorten die de zon wat langer kunnen weerstaan. Keerzijde daarvan is dat ze iets minder goed indringen. Om die reden beginnen we bij die oliesoorten altijd met een laag Impregneerolie of verdunde Verbeterde Houtolie. Zo verzadigen we het hout zo diep mogelijk met olie én beschermen we het zo lang mogelijk tegen de zon. Zie de Impregneerolie dus als een soort grondverf en Bankiraiolie en consorten als aflak. Voor alle lagen geldt natuurlijk dat de overtollige olie tijdig en grondig wordt afgenomen van het oppervlak. Zo voorkom je dat er een echte oliefilm óp het oppervlak achterblijft. Zo’n film geeft namelijk narigheid doordat een te dikke laag heel langzaam droogt en gaat rimpelen, blijft plakken en vuil vast zal houden.
Waar let je op?
Behalve dat je het juiste product kiest en de hierboven genoemde werkwijze volgt zijn de volgende dingen nog extra van belang.
De eerste, veel gemaakte, fout is dat mensen met olie gaan schilderen alsof het verf is en de overtollige olie niet, te laat of onvoldoende grondig uitpoetsen waardoor een te dikke oliefilm op het oppervlak achterblijft. NIET DOEN want het is een heel vervelende klus om die achtergebleven toplaag later alsnog te verwijderen. Ongeveer een half uur na het aanbrengen van de oliefilm het oppervlak dus volledig schoonmaken met schone, droge lappen tot de lappen niets meer opnemen.
Tweede punt dat extra van belang is is dat bij het drogen van olie warmte vrij komt. Dat is normaliter geen enkel probleem maar als je de lappen waarmee je het oppervlak hebt afgenomen tot een prop frommelt dan kan het, zeker bij wat warmer weer, binnenin die prop zó warm worden dat de prop vanzelf in brand vliegt. Zelfontbranding of broei noemen we dat en dat kan uiteraard heel vervelende gevolgen hebben. Laat alle gebruikte lappen dus altijd uitgespreid drogen en gooi ze pas in de kliko als ze volledig droog zijn.
Bij welk weer?
Zorg dat het lekker weer is als je met olie aan de slag gaat. Olie droogt namelijk het prettigst bij een temperatuur die tussen de 15 en 25 graden ligt. Bij aanmerkelijk lagere temperaturen wordt de droogtijd enorm veel langer, bij veel hogere temperaturen wordt de droogtijd wel korter maar wordt daardoor ook de levensduur korter en met name dat laatste is uiteraard niet wat je wilt.
Zorg er niet alleen voor dat de temperatuur goed is maar hou ook rekening met de luchtvochtigheid. Het is prettig als die onder de 70% ligt oftewel dat het gewoon lekker droog weer is. In tegenstelling tot wat veel mensen denken neemt olie namelijk makkelijk vocht op wat de kwaliteit van de oliefilm nadelig kan beinvloeden. Als het gaat regenen voordat de olie droog is kan dat zelfs tot gevolg hebben dat de olie wit uitslaat en verwijderd moet worden.
Staat er een licht windje dan helpt dat ook nog een beetje om de olie prettig te laten drogen. Olie heeft namelijk zuurstof nodig om te kunnen drogen dus lekker ventileren helpt daarbij.
Onderhouden van een geolied oppervlak
Ongeacht waar het geoliede oppervlak staat komt er vanzelf een keer dat de nieuwigheid er wel een beetje af is. Voor een meubel dat binnen staat kan dat vele jaren duren, voor een tuinhuis dat in weer en wind staat komt dat moment eerder. In beide gevallen moet er echter onderhoud gepleegd worden. Hoewel vaak gedacht wordt dat het plegen van onderhoud heel veel werk is is het tegengestelde het geval. Onderhouden van een geolied oppervlak is juist heel eenvoudig en snel gebeurt. Het enige dat je hoeft te doen is:
- Het oppervlak schoonmaken met bijvoorbeeld een sopje van Lijnoliezeep of gewoon een handveger als het een schutting in de tuin betreft.
- Na drogen het oppervlak afnemen met een in olie gedrenkte doe. Je gebruikt daarvoor de olie die je als laatste hebt gebruikt om de oliebehandeling aan te brengen.
- Ook nu weer neem je na ongeveer een half uur de overtollige olie af met schone, droge doeken en je kunt er weer een poos tegen.
Nog meer weten?
We hopen dat je aan deze informatie voldoende hebt om aan de slag te gaan maar mocht je na het lezen van deze pagina toch nog vragen hebben neem dan gerust even contact met ons op.
Succes maar vooral veel plezier met de klus!